Icarusblauwtje

Uiterlijke kenmerken:

Het icarusblauwtje, ook wel Polyommatus icarus genoemd, is een vlindersoort die voorkomt in grote delen van Europa, Aziƫ en Noord-Afrika. Hieronder vind je informatie over de uiterlijke kenmerken van deze vlindersoort:

  • Grootte: Het icarusblauwtje heeft een spanwijdte van ongeveer 2,5 tot 3,5 centimeter.

  • Kleur: De bovenzijde van de vleugels van het mannetje is fel blauw, terwijl die van het vrouwtje een bruinachtige tint hebben met een oranjebruine rand. De onderkant van de vleugels is grijsbruin met kleine, witte stipjes en een witte rand langs de achtervleugel.

  • Vorm: De vleugels van het icarusblauwtje zijn vrij spits en hebben een enigszins golvende rand. De vleugels zijn relatief smal in vergelijking met andere vlindersoorten.

  • Kenmerkende eigenschappen: Het icarusblauwtje heeft een dunne, zwarte lijn langs de buitenrand van de bovenzijde van de vleugels, die ook te zien is op de onderzijde van de achtervleugels. Daarnaast hebben mannetjes een aantal zwarte stipjes op de bovenzijde van de voorvleugel.

  • Geslachtsverschillen: Zoals eerder vermeld, hebben mannetjes fel blauwe vleugels, terwijl vrouwtjes een bruinachtige tint hebben. Daarnaast hebben mannetjes vaak een iets smallere vleugelbasis en een meer spitse voorvleugel dan vrouwtjes.

Het icarusblauwtje is een prachtige vlindersoort met een kenmerkend uiterlijk. Het is een veelvoorkomende soort in grote delen van Europa en is daardoor ook goed te zien tijdens de zomermaanden.

Habitat:

Het icarusblauwtje komt voor in een breed scala aan habitats in Europa, Aziƫ en Noord-Afrika. Deze vlindersoort is te vinden in graslanden, weilanden, heidevelden, duinen, bosranden, open bossen en bermen.

Het icarusblauwtje heeft een voorkeur voor open, zonnige gebieden met een laag en gevarieerd plantendek. Ze worden vaak gezien op bloemen en andere bloeiende planten, zoals klavers, distels, luzerne en rode klaver. Deze planten dienen als voedselbron voor de volwassen vlinders, terwijl de rupsen zich voeden met verschillende soorten vlinderbloemige planten, zoals hondsviooltje, wikke, luzerne, rolklaver en bittere vetch.

Het icarusblauwtje kan zich ook aanpassen aan menselijke omgevingen, zoals weilanden en tuinen. Ze worden vaak gezien in de buurt van menselijke nederzettingen, zoals boerderijen en dorpen.

Deze vlindersoort heeft een groot verspreidingsgebied en kan in verschillende klimaten worden gevonden, van gematigde tot subtropische gebieden. Ze zijn actief van mei tot en met september en kunnen in grote aantallen worden waargenomen in geschikte habitats.

Kortom, het icarusblauwtje is een veelzijdige vlindersoort die zich kan aanpassen aan verschillende habitats, zolang er voldoende zonlicht is en er voldoende voedselbronnen beschikbaar zijn.

Broedwijze:

Het icarusblauwtje doorloopt een volledige metamorfose van ei naar rups, pop en uiteindelijk vlinder. Hieronder vind je informatie over de broedwijze van deze vlindersoort:

  • Ei: Het vrouwtje legt haar eitjes op of in de buurt van de waardplanten van de rupsen, vaak op de bloemen of de bladeren. De eitjes zijn klein en bolvormig en hebben een groenachtige kleur.

  • Rups: Na ongeveer een week komen de eitjes uit en komen de rupsen tevoorschijn. De rupsen zijn groenachtig of geelachtig van kleur en hebben een donkere streep langs hun rug. Ze zijn behaard en hebben kleine stekels op hun lichaam. De rupsen voeden zich met de waardplanten en groeien snel, waarbij ze verschillende vervellingen ondergaan.

  • Pop: Na ongeveer vier weken verandert de rups in een pop, waarbij het zich verpopt in de buurt van de waardplanten. De pop is bruin en heeft een ruwe structuur.

  • Vlinder: Na ongeveer twee weken komt de vlinder uit de pop. De vlinder is dan volgroeid en vliegt uit om zich voort te planten en voedsel te zoeken.

Het icarusblauwtje heeft meerdere generaties per jaar, waarbij de eerste generatie verschijnt in mei/juni en de volgende generaties verschijnen in juli, augustus en september. In gematigde klimaten overwinteren de vlinders als eitjes, terwijl in warmere klimaten sommige vlinders als volwassenen overwinteren.

De broedwijze van het icarusblauwtje is dus vergelijkbaar met die van andere vlindersoorten. Het vrouwtje legt eitjes op of in de buurt van de waardplanten van de rupsen, de rupsen voeden zich met de waardplanten en veranderen in poppen, waarna de volwassen vlinders uit de poppen komen en zich voortplanten.

Populatie:

De populatie van het icarusblauwtje is de afgelopen decennia in sommige delen van Europa achteruitgegaan. Deze achteruitgang is het gevolg van verschillende factoren, waaronder habitatverlies, veranderingen in landbouwpraktijken en klimaatverandering.

In sommige gebieden zijn populaties van het icarusblauwtje afgenomen door veranderingen in het landgebruik. De intensivering van de landbouw heeft geleid tot het verdwijnen van bloemrijke graslanden, waar het icarusblauwtje afhankelijk van is voor voedsel en voortplanting. Bovendien worden sommige waardplanten van de rupsen vernietigd door het gebruik van herbiciden en pesticiden.

Klimaatverandering kan ook een bedreiging vormen voor het icarusblauwtje. Een verandering in de temperatuur en neerslagpatronen kan leiden tot veranderingen in de bloeitijd van de waardplanten, waardoor de timing van de verschillende stadia in de levenscyclus van de vlinder niet meer synchroon lopen. Dit kan de overlevingskans van de rupsen en de vlinders verminderen.

Ondanks de achteruitgang van de populatie van het icarusblauwtje in sommige gebieden, is deze vlindersoort nog steeds wijdverspreid en algemeen in veel delen van Europa. Er zijn ook inspanningen gaande om de habitat van het icarusblauwtje te beschermen en te herstellen, bijvoorbeeld door het aanleggen van bloemrijke randen langs akkers en het beheren van graslanden op een manier die gunstig is voor deze vlindersoort.

In het algemeen kan worden gesteld dat het belangrijk is om het behoud van de habitat van het icarusblauwtje en andere vlindersoorten te waarborgen om ervoor te zorgen dat hun populaties stabiel blijven.